Familie

Geplaatst op door in de categorie Cultuur, Inburgering, Nederland, Wonen

It takes a village to raise a child

In Arabische, Turkse en Afrikaanse culturen staan familiebanden centraal in het dagelijks leven en vormen ze de kern van sociale structuren. Er heerst een sterk gevoel van collectieve verantwoordelijkheid, waarbij familiewaarden, eer en tradities hoog in het vaandel staan.

Ouders, kinderen en uitgebreide familieleden onderhouden hechte relaties en investeren veel in elkaars welzijn en succes.

Respect voor ouderen en gezamenlijke familiebesluiten zijn gebruikelijk en belangrijk.

In tegenstelling tot veel andere culturen legt de Nederlandse cultuur meer nadruk op individualisme en persoonlijke prestaties. Familiebanden zijn nog steeds belangrijk, maar er is meer ruimte voor persoonlijke vrijheid en onafhankelijkheid binnen familieverbanden.

In Arabische, Turkse en Afrikaanse culturen zijn familiebanden zeer hecht en spelen een centrale rol in het leven. Trots op kinderen is nauw verbonden met familie-eer, gemeenschapsbijdragen en het voortzetten van tradities. Het succes van kinderen reflecteert direct op de ouders en er wordt veel belang gehecht aan goede opvoeding, onderwijs en respect voor familiewaarden. Ouders investeren veel in hun kinderen en zien hun successen als een eerbetoon aan de hele familie.


Persoonlijke autonomie

In de Nederlandse cultuur ligt de nadruk meer op individualisme en persoonlijke autonomie. In Nederland worden successen van kinderen meer gezien als individuele verwezenlijkingen dan als collectieve trots voor de familie of gemeenschap. Jongeren worden aangemoedigd om zelfstandig te zijn en hun eigen weg te volgen, waarbij successen en beslissingen vaak als individuele prestaties worden gezien in plaats van als collectieve familietrots.


Gezin en familie

Bloedverwant of aanverwant

Familieleden zijn mensen die een verwantschapsrelatie hebben, wat kan voortkomen uit bloedbanden of huwelijksbanden.

Bloedverwantschap ontstaat wanneer twee mensen een gemeenschappelijke biologische voorouder hebben. Broers en zussen, evenals neven en nichten, zijn voorbeelden van bloedverwanten. Er zijn twee soorten bloedverwantschap: in rechte lijn en in zijlijn. Bij bloedverwantschap in rechte lijn is de ene persoon een directe afstammeling van de ander, zoals bij een ouder en kind. Bij bloedverwantschap in zijlijn delen de personen een gemeenschappelijke voorouder, zoals bij broers en zussen. Bloedverwantschap kan niet alleen door geboorte ontstaan, maar ook door adoptie en erkenning.

Aanverwantschap ontstaat door een huwelijk of geregistreerd partnerschap*. Na het huwelijk worden de ouders van je partner jouw aanverwanten. Voorbeelden van aanverwanten zijn schoonzoon en schoonmoeder, en schoonzus en zwager. Deze aanverwantschap blijft bestaan, zelfs als het huwelijk of partnerschap eindigt.


*) Verschil tussen huwelijk en geregistreerd partnerschap

User

Trots op het hebben van kinderen is een universeel gevoel, maar het wordt verschillend uitgedrukt in verschillende culturen. In Arabische, Turkse en Afrikaanse culturen speelt het hebben van kinderen een centrale rol in de sociale status en familiedynamiek, vaak meer uitgesproken dan in de Nederlandse cultuur.

In Arabische culturen wordt de trots op kinderen sterk verbonden met eer en familieprestige. Kinderen worden gezien als een uitbreiding van de familie-eer en het succes van een kind reflecteert direct op de ouders. Er wordt veel belang gehecht aan onderwijs, religieuze opvoeding en maatschappelijke bijdragen.

In Turkse culturen zijn kinderen de hoeksteen van het gezin en het familiegevoel. Ouders tonen hun trots door te investeren in de beste opvoeding en onderwijs voor hun kinderen. Familiewaarden en respect voor ouderen zijn diep verankerd, en de successen van kinderen worden gezien als een eerbetoon aan de hele familie.

Afrikaanse culturen benadrukken de gemeenschap en de rol van kinderen binnen deze context. Trots op kinderen komt voort uit hun vermogen om bij te dragen aan de gemeenschap en het voortzetten van tradities. Kinderen worden vaak gezien als een zegen en een weerspiegeling van het succes en de kracht van de familie.

In tegenstelling tot de Nederlandse cultuur, waar individualisme en persoonlijke prestaties meer op de voorgrond staan, ligt in deze culturen de nadruk meer op collectieve trots en de bijdrage van kinderen aan de familie en gemeenschap.


Het verschil tussen huwelijk en geregistreerd partnerschap

Het verschil tussen een huwelijk en een geregistreerd partnerschap in Nederland zit in enkele juridische en ceremoniële aspecten:

  1. Juridische status en formaliteiten:
    • Huwelijk: Een huwelijk wordt voltrokken door een ambtenaar van de burgerlijke stand en kan met een ceremonie gepaard gaan. Het huwelijk kan zowel in gemeenschap van goederen als onder huwelijkse voorwaarden worden gesloten.
    • Geregistreerd partnerschap: Dit wordt eveneens vastgelegd bij de burgerlijke stand, maar de ceremonie is vaak eenvoudiger of zelfs afwezig. Ook een geregistreerd partnerschap kan in gemeenschap van goederen of onder partnerschapsvoorwaarden worden aangegaan.
  2. Omzetting en beëindiging:
    • Huwelijk: Een huwelijk kan alleen door echtscheiding of overlijden worden beëindigd. Een echtscheiding moet via de rechter worden geregeld.
    • Geregistreerd partnerschap: Dit kan eenvoudiger worden beëindigd, zonder tussenkomst van een rechter, mits er geen minderjarige kinderen zijn. Het kan ook worden omgezet in een huwelijk zonder ceremonie.
  3. Gevolgen voor kinderen:
    • Huwelijk: Bij een huwelijk zijn de echtgenoten automatisch de juridische ouders van kinderen die tijdens het huwelijk worden geboren.
    • Geregistreerd partnerschap: De vader of duomoeder moet het kind erkennen om juridisch ouder te worden. Bij heteroseksuele paren gebeurt dit automatisch als ze getrouwd zijn, maar bij een geregistreerd partnerschap moet dit apart worden geregeld.
  4. Internationale erkenning:
    • Huwelijk: Huwelijken worden wereldwijd erkend.
    • Geregistreerd partnerschap: Dit wordt niet in alle landen erkend. Dit kan problemen geven bij emigratie of bij internationale juridische kwesties.
  5. Naamskeuze:
    • Huwelijk: Echtgenoten hebben de mogelijkheid om elkaars achternaam te gebruiken.
    • Geregistreerd partnerschap: Deze mogelijkheid is er ook, maar het gebruik van elkaars achternaam kan in de praktijk minder vaak voorkomen.

Kortom, hoewel beide vormen van verbintenis veel gelijkenissen vertonen in rechten en plichten, zijn er belangrijke verschillen in hoe ze worden aangegaan, beëindigd en internationaal erkend.


Vroeger

Nog niet zo lang geleden was een gezin met meer dan tien kinderen niet bijzonder. Mensen trouwden vaak op jongere leeftijd. Vanwege het geloof  werd er meestal niet aan geboortebeperking gedaan. De pastoor verkondigde de boodschap aan jonge stellen dat het huwelijk diende om kinderen te krijgen. Naast het geloof speelde ook traditie een rol. (bron: https://geheugenvannederland.nl/thema/familie/het-xxl-gezin-uit-vroeger-tijden/)


Verschil met nu

Er zijn verschillende redenen waarom Nederlanders tegenwoordig – over het algemeen – minder kinderen krijgen in vergelijking met vroeger:

  1. Veranderende opvattingen over gezinsplanning: In veel samenlevingen zijn de opvattingen over gezinsplanning geëvolueerd. Mensen hechten nu meer waarde aan individuele keuzes en persoonlijke vrijheden, inclusief de mogelijkheid om te beslissen hoeveel kinderen ze willen hebben en wanneer.
  2. Economische factoren: Het opvoeden van kinderen kan duur zijn, en veel gezinnen vinden het moeilijk om financieel voor meerdere kinderen te zorgen. De kosten van onderwijs, gezondheidszorg en levensonderhoud spelen een rol bij de beslissing van paren om het aantal kinderen te beperken.
  3. Toegang tot anticonceptie: Met de ontwikkeling en verspreiding van anticonceptiemethoden hebben mensen meer controle over hun vruchtbaarheid. Dit heeft geleid tot een afname van ongeplande zwangerschappen en heeft paren in staat gesteld om beter te plannen wanneer en of ze kinderen willen krijgen.
  4. Carrière en educatieve doelen: Veel mensen streven naar carrière- en educatieve doelen voordat ze aan kinderen beginnen. Ze willen eerst hun carrière opbouwen of hun opleiding afronden voordat ze ouders worden, wat kan leiden tot uitstel van het ouderschap of het beperken van het aantal kinderen.
  5. Veranderingen in sociale normen: Sociale normen en verwachtingen met betrekking tot gezinsgrootte zijn verschoven. In veel samenlevingen wordt een kleinere gezinsgrootte nu vaak als normaal of zelfs wenselijk beschouwd vanwege overwegingen zoals duurzaamheid en het verminderen van de druk op natuurlijke hulpbronnen.

De afgelopen twintig jaar is het aantal gezinnen met kinderen toegenomen met bijna 130.000. Hierbij neemt het aantal ongehuwde paren met kinderen geleidelijk toe. Het aantal gehuwde paren met kinderen neemt daarentegen af. Van het totaal aantal gezinnen met thuiswonende kinderen ging het in 2003 om circa 75 procent gehuwde paren. In 2023 is dit percentage gedaald naar 60 procent. Het percentage ongehuwde paren met thuiswonende kinderen is gestegen van 9 procent in 2003 naar 18 procent in 2023. Ook het aantal eenoudergezinnen is gestegen. In 2003 was circa 17 procent van de gezinnen een eenoudergezin. In 2023 is dit gestegen naar circa 23 procent (Centraal Bureau voor de Statistiek, 2023).

Bij zowel gehuwde stellen als ongehuwde stellen bestaan de meeste gezinnen uit ouders met twee kinderen. Onder de gehuwde stellen heeft ruim 44 procent twee thuiswonende kinderen; onder de ongehuwde paren gaat het om ruim 45 procent. Bij eenoudergezinnen heeft de meerderheid (61 procent) één kind (Centraal Bureau voor de Statistiek, 2022).

In 2017 groeit ruim een half miljoen minderjarige kinderen op in een complex gezinsverband. Dat is 16 procent van de ruim 3,4 miljoen minderjarige kinderen. In 2017 groeit ruim een half miljoen minderjarige kinderen op in een complex gezinsverband. Dat is 16 procent van de ruim 3,4 miljoen minderjarige kinderen. 


Kennismaken met je nieuwe familie

Wanneer je je toekomstige (schoon)familie voor het eerst ontmoet, wil je een goede indruk maken en een gesprek beginnen op een respectvolle en vriendelijke manier. Hier zijn enkele zinnen die je kunt gebruiken:

Bij de eerste ontmoeting:

  • “Hallo, ik ben [jouw naam]. Aangenaam kennis te maken.”
  • “Goedenavond, ik heb al veel over u gehoord. Fijn om elkaar eindelijk te ontmoeten.”

Voorstellen:

  • “Ik ben heel blij om jullie te ontmoeten. [Naam van je partner] heeft veel mooie verhalen over jullie verteld.”
  • “Ik kijk ernaar uit om jullie beter te leren kennen.”

Interesse tonen:

  • “Hoe was jullie dag vandaag?”
  • “Hoe lang wonen jullie al in dit huis?”
  • “Zijn er leuke tradities in jullie familie waar ik van zou moeten weten?”

Gezamenlijke interesses vinden:

  • “Wat doen jullie graag in je vrije tijd?”
  • “Houden jullie van reizen? Wat is de mooiste plek waar jullie geweest zijn?”

Complimenten geven:

  • “Wat een prachtig huis hebben jullie.”
  • “De maaltijd ziet er heerlijk uit, bedankt dat ik mag mee-eten.”

Over je relatie praten:

  • “Ik ben echt gelukkig met [naam van je partner].”
  • “We hebben het heel leuk samen en ik ben blij om nu deel uit te maken van jullie familie.”

Betrokkenheid tonen:

  • “Kan ik ergens mee helpen?”
  • “Zijn er dingen die jullie graag samen doen als familie?”

Vragen naar hun ervaringen:

  • “Hoe hebben jullie elkaar ontmoet?”
  • “Wat is jullie favoriete herinnering als gezin?”

Afsluiten met een positieve noot:

  • “Het was echt fijn om jullie te ontmoeten. Ik hoop dat we dit vaker kunnen doen.”
  • “Dank jullie wel voor de gastvrijheid. Ik heb genoten van de avond.”

Deze zinnen helpen je om een gesprek te beginnen, interesse te tonen in hun leven en respect en waardering te tonen voor je toekomstige schoonfamilie.


Gespreksonderwerpen

Gesprekken met (schoon)familie kunnen soms spannend zijn, vooral als je elkaar nog niet zo goed kent. Hier zijn enkele geschikte gespreksonderwerpen om het ijs te breken en een prettige conversatie te voeren:

Algemene onderwerpen:

  1. Familie en relaties:
    • “Hoe gaat het met iedereen?”
    • “Wat zijn jullie favoriete familieherinneringen?”
  2. Werk en carrière:
    • “Wat doen jullie momenteel voor werk?”
    • “Zijn er spannende projecten waar je mee bezig bent?”
  3. Hobby’s en interesses:
    • “Wat doen jullie graag in je vrije tijd?”
    • “Hebben jullie recente hobby’s of interesses ontdekt?”
  4. Vakantie en reizen:
    • “Hebben jullie onlangs nog gereisd?”
    • “Wat is jullie favoriete vakantiebestemming?”

Specifieke onderwerpen:

  1. Gezondheid en welzijn:
    • “Hoe gaat het met jullie gezondheid?”
    • “Doen jullie aan sport of andere activiteiten om fit te blijven?”
  2. Eten en koken:
    • “Hebben jullie favoriete recepten of gerechten?”
    • “Zijn er speciale familierecepten die van generatie op generatie zijn doorgegeven?”
  3. Woonomgeving en huis:
    • “Hoe bevalt het wonen in jullie buurt?”
    • “Hebben jullie recent nog iets aan het huis veranderd?”
  4. Cultuur en entertainment:
    • “Hebben jullie onlangs een goede film of serie gezien?”
    • “Lezen jullie graag boeken? Hebben jullie aanraders?”

Seizoensgebonden onderwerpen:

  1. Feestdagen en tradities:
    • “Hoe vieren jullie de feestdagen meestal?”
    • “Zijn er speciale tradities waar jullie naar uitkijken?”
  2. Seizoensactiviteiten:
    • “Wat doen jullie graag in de zomer/winter/lente/herfst?”
    • “Zijn er evenementen of activiteiten waar jullie naar uitkijken dit seizoen?”

Diepere gesprekken:

  1. Persoonlijke groei en doelen:
    • “Hebben jullie nog doelen of dromen voor de toekomst?”
    • “Wat zijn jullie trotsste momenten tot nu toe?”
  2. Levensverhalen en ervaringen:
    • “Kun je me vertellen over een ervaring die veel voor je betekende?”
    • “Welke levenslessen heb je geleerd die je graag zou delen?”

Door deze onderwerpen te gebruiken, kun je interessante en betekenisvolle gesprekken voeren met je (schoon)familie en een sterke band opbouwen.

Terug naar het overzicht

Geef een reactie